De KNVB heeft kenbaar gemaakt dat er in het nieuwe seizoen 2025-2026 een aantal spelregels wijzigingen ondergaat ofwel dat richtlijnen in een nieuw jasje worden gestoken. Omdat inmiddels gebleken is bij een aantal dit weekend gespeelde oefenwedstrijden dat niet alle spelers, bestuurs- en stafleden hiervan op de hoogte zijn volgt in eenvoudige bewoordingen een overzicht hiervan.
De meest in het oog springende wijziging is Regel 12 ‘Overtredingen en onbehoorlijk gedrag’, om tijdrekken door doelverdedigers tegen te gaan. Doelverdedigers mogen de bal voortaan maximaal acht seconden vasthouden. Overschrijden zij deze tijd, dan wordt een hoekschop toegekend aan de tegenpartij. Om ervoor te zorgen dat doelverdedigers zich bewust zijn van de resterende tijd, zal de scheidsrechter de laatste vijf seconden aftellen met een opgeheven hand. Scheidsrechters hebben de instructie gekregen om deze regel op alle niveaus consequent toe te passen.
Met betrekking tot Regel 3 ‘De spelers’ is met name de rol van de aanvoerder onderstreept als degene die in contact mag treden tot de scheidsrechter als het gaat om het vragen om een toelichting over een genomen beslissing óf om duiding te geven over een zo-even daarvoor zich afgespeeld hebbend spelmoment. Deze toevoeging heeft betrekking op het feit dat uit navraag bij scheidsrechterscommissies is gebleken dat dit een positief effect heeft op het gedrag van spelers, dat dit de communicatie met spelers en scheidsrechters verbetert en bijdraagt aan het werven en behouden van scheidsrechters. Ook hier geldt dat consequente toepassing op alle niveaus van belang is om het positieve doel te kunnen blijven behalen. Uiteraard is het aan de arbiter wat deze besluit en hebben de spelers en stafleden zich daarbij neer te leggen.
Wat betreft Regel 8 ‘Begin en hervatting van het spel’ waar het gaat om de toepassing van ‘de Scheidsrechtersbal’ is door een aanpassing gepoogd om meer duidelijkheid te geven over de juiste toepassing van de scheidsrechtersbal. Als de bal zich buiten het strafschopgebied bevindt wanneer het spel wordt onderbroken wordt de scheidsrechtersbal uitgevoerd in het bijzijn van een speler van het team dat balbezit had of zou hebben gekregen, mits dit duidelijk is voor de scheidsrechter. In de andere gevallen wordt de scheidsrechtersbal uitgevoerd in het bijzijn van een speler van het team dat de bal als laatste raakte. De scheidsrechtersbal wordt uitgevoerd op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.
In relatie tot Regel 9 ‘De bal in en uit het spel’ wordt een door de scheidsrechter te nemen besluit eenvoudiger toegelicht. Als een teamofficial, een tijdelijk uit het veld gestuurde speler, een wisselspeler, een gewisselde speler of een uit het veld gestuurde speler de bal aanraakt terwijl deze het speelveld verlaat, dan kent de scheidsrechter een indirecte vrije trap toe. Dit gebeurt zonder disciplinaire straf, tenzij er sprake was van opzet. Als de arbiter meent dat er sprake is van opzet, en er is sprake van een speler, dan dient deze de betreffende persoon (eventueel opnieuw) een gele kaart te geven. Als dit de tweede gele kaart is volgt definitieve uitsluiting. In het laatste geval mag deze speler niet meer mogen vervangen, omdat de overtreding plaatsvond terwijl deze nog in het veld was.
De FIFA en de KNVB hebben besloten om het arbiters toe te staan om alleen in topcompetities gebruik te maken van bodycams. Dat houdt in dat deze in andere competities niet mogen worden gedragen.










