Norbert Rebsch (58) is geen onbekende in het Brabantse amateurvoetbal. Geboren op 2 oktober 1965, getrouwd met Natasja en vader van dochters Merel en Sam, heeft hij door de jaren heen een indrukwekkende carrière opgebouwd – zowel op het veld als daarbuiten. In het dagelijks leven werkt Rebsch als Supply Chain Manager bij een bedrijf dat zich specialiseert in vuurvaste oplossingen voor zware industrieën. “Ik ben verantwoordelijk voor een optimale voorraadpositie binnen onze Europese vestigingen,” legt hij uit. “Daarnaast ben ik gespecialiseerd in het proces van order tot levering binnen onze projecten, vaak met complexe import- en exportsituaties. SAP ken ik van A tot Z.”
Toch is het voetbal waar zijn hart ligt – en dat hart klopt in 2024 weer volop voor TSV Gudok, de club waar zijn trainersloopbaan ooit begon. “Aan het begin van het seizoen 1998-1999 kreeg ik bij GFC’93 – de voorloper van Gudok – mijn eerste kans als hoofdtrainer. Dat ik nu, zoveel jaar later, terugkeer, voelt als thuiskomen. De cirkel is rond.”
Van LONGA tot WSC – en alles daartussenin
Als voetballer kende Rebsch een rijke carrière. Hij begon bij T.S.V. LONGA, speelde daarna voor RKC en trok vervolgens naar België, waar hij uitkwam voor KFC Turnhout en Herentals. Terug in Nederland werd WSC Waalwijk zijn vaste thuis. “Ik begon als rechtermiddenvelder, rechtsbuiten en spits, maar eindigde uiteindelijk als libero. Op elke positie heb ik wel wat meegekregen.”
Zijn palmares liegt er niet om: kampioen met RKC in de Eerste Divisie, promotie naar de 2e nationale met Turnhout en naar de 3e nationale met Herentals. Ook met WSC kende hij hoogtepunten: “We promoveerden twee keer, eerst als kampioen en daarna via de nacompetitie, richting de hoofdklasse – destijds het derde niveau van Nederland.”
Maar ook tegenslagen bleven hem niet bespaard. “Een zware enkelblessure hield me een jaar aan de kant. Dat was mentaal best pittig.”
Ruim een kwart eeuw aan de zijlijn
Als trainer stond hij bij diverse clubs aan het roer: GFC’93, NOAD, SC ’t Zand, Bladella, LONGA, Haarsteeg, WSC – en dus nu opnieuw bij Gudok. Bij veel van die clubs kende hij succes. “Ik werd kampioen met GFC’93, NOAD en SC ’t Zand. Daarnaast haalde ik promotiefinales met SC ’t Zand (drie keer), LONGA en Haarsteeg.” Een van de weinige dieptepunten noemt hij de degradatie met NOAD.
Zijn visie op trainen is in de jaren helder geworden: “Duidelijke en eerlijke communicatie naar iedereen in en om het team is cruciaal. Je moet een helder spelplan hebben, maar ook altijd plan B klaar hebben liggen.”
Favoriete oefenvormen? “Ik werk graag met positiespellen waarin we driehoekjes en man-meer-situaties trainen. En voor de aanvallers en middenvelders zijn wedstrijdgerichte afwerkvormen perfect.”
Geïnspireerd door collega’s
Rebsch heeft door de jaren heen met veel trainers gewerkt, maar een paar namen springen eruit. “Ik ben erg gecharmeerd van Peter Verzijl – sterk in discipline, duidelijke visie. En ik heb ontzettend genoten van de samenwerking met Cemal Yilmaz bij WSC. Hij is een echt voetbaldier en laat niets aan het toeval over. Bij Haarsteeg werkte ik samen met Willem van den Berg – een echte team builder en een mooie aanvulling op mijn eigen aanpak. Daarnaast zie ik dat streekgenoot Jeroen v Bezouwen het erg goed doet op het hoogste amateurniveau, wat echt zeer knap is.”
Ook zijn eigen tijd als speler onder Theo van den Boogaard en Roland Schuermans bij WSC noemt hij bijzonder leerzaam. “Beiden waren tactisch ijzersterk en extreem resultaatgericht. Daar steek je veel van op.”
Een sportieve terugkeer bij Gudok
De keuze om terug te keren bij TSV Gudok was er een vanuit gevoel. “Mijn moeder was vroeger een trouwe supporter van Gudok 1. En haar man Wil is nog steeds actief als vrijwilliger. Gudok zit in mijn roots.”
Inmiddels is ook de technische staf gevormd. Samen met Kevin Kluijtmans, Barry van de Velde en Danny Dek wil hij het team verder brengen. “We hebben duidelijke afspraken gemaakt over onze missie, visie en doelen. We hebben een jonge groep, maar willen het maximale eruit halen. De ambitie is om in het linker rijtje te eindigen. Daar gaan we met z’n allen keihard voor werken.”
Hoewel vaste wedstrijdroutines niet echt zijn ding zijn, begint elke wedstrijd met een duidelijke tactische bespreking. “En dan is het aan de groep.” Op muziekgebied houdt hij het bij zijn eigen afspeellijst. “Als het maar geen hardstyle is,” lacht hij.
Laatste club als hoofdtrainer
Na bijna drie decennia langs de lijn, wordt Gudok zijn laatste club als hoofdtrainer. “Dat maakt deze klus extra bijzonder. Ik wil alles wat ik in 27 jaar heb geleerd, hier inzetten. Mijn persoonlijke ambitie? De spelers individueel én als team beter maken. En zorgen voor een goede samenwerking met staf, bestuur en clubmensen.”
En als slotboodschap? “Goed uit de ogen kijken” zegt hij met een knipoog naar de betekenis van Gudok.