“We begonnen de wedstrijd tegen Arkel dramatisch, stonden binnen tien minuten met 2-0 achter tegen een voor ons onbekende tegenstander. Dat kan mentaal iets doen met een ploeg,” blikt Vrederust-trainer Aytac Akkaya terug op de halve finale. “Maar wat mij vooral bij blijft, is hoe rustig we bleven. Geen paniek, gewoon vasthouden aan onze principes. Dat was volgens mij de sleutel. Je zag ons gaandeweg steeds beter in de wedstrijd komen, en uiteindelijk boekten we een overtuigende zege. Dat zegt veel over de groei van deze groep.”
Zaterdag wacht NOAD’67 op neutraal terrein in Steenbergen, een ploeg waarover Akkaya bewust niet te veel wil inzoomen. “Net als tegen Arkel richt ik me vooral op onszelf. Natuurlijk bereiden we ons tactisch voor op verschillende scenario’s – of een tegenstander hoog druk zet of juist inzakt – maar ik geloof dat we het meest succesvol zijn als we uitgaan van onze eigen krachten. We hebben het hele seizoen getraind op herkenbare patronen. Dat geeft de groep duidelijkheid én vertrouwen.”
Dat vertrouwen straalt ook af op de voorbereiding richting de finale. “De sfeer is opvallend ontspannen. Geen gespannen koppies, geen knikkende knieën. Er wordt met plezier getraind, al zoeken we deze week niet de uiterste intensiteit op. We willen iedereen heel houden en fris aan de aftrap laten verschijnen. Het is belangrijk om het nu niet groter te maken dan het is. Ja, het is een finale, maar het blijft ook ‘gewoon’ een wedstrijd. Scoreverloop, momentum en vorm van de dag spelen straks een grote rol. Die factoren kun je vooraf niet voorspellen – die moet je op het moment zelf omarmen.”
Hoewel promotie lonkt, blijft Akkaya trouw aan zijn bredere visie. “Ik zeg het vaker: promoveren is niet het hoofddoel. Mooie herinneringen maken met elkaar, dát is voor mij belangrijk. In het begin van het seizoen lag de nadruk bij mij sterk op presteren, winnen, alles eruit halen. Maar de laatste weken heb ik bewust meer gefocust op het sociale aspect – het ‘vriendschapsknopje’, zeg maar. Binnen een club als Vrederust draait het om verbondenheid, om gezelligheid en samen iets meemaken. Die clubcultuur is belangrijker dan koste wat het kost presteren. En gek genoeg: juist door die omslag spelen we misschien wel beter dan ooit.”