Moreno Mertens is 31 jaar en eerste selectiespeler bij v.v. Internos in Etten-Leur. Overdag werkt hij als host bij verschillende Basic-Fit locaties, maar sport is ook daarbuiten niet uit zijn leven weg te denken. Hij is vaak te vinden in de sportschool, wandelt graag, loopt hard en geniet van de tijd met zijn vriendin en hun katten. “Sport is mijn uitlaatklep, maar daarnaast hou ik ook van een goed etentje en spontane tripjes,” zegt hij met een lach. Als echte voetbalfan volgt hij met name de Premier League en La Liga op de voet, met Manchester City als favoriet.
Moreno begon met voetballen bij DSE in Etten-Leur. “Dat was de dichtstbijzijnde club, en ik kon er meteen terecht.” Waar hij begon als spits, schoof hij gaandeweg steeds verder naar achteren en werd uiteindelijk verdediger, vooral als rechtsback. Zijn talent bleef niet onopgemerkt: op zijn twaalfde werd hij gescout door RBC Roosendaal, destijds nog een Eredivisieclub. Daar speelde hij meerdere jaren in de jeugdopleiding, tot het faillissement van de club. “Ik speelde daar als centrale verdediger, maar werd ook regelmatig ingezet als rechts- of linksback, vooral als ik met hogere teams mocht meespelen.”
Lees verder onder foto.

Na RBC maakte hij voor het eerst kennis met Internos, waar hij in de A1 onder Erik Nijssen speelde en zelfs zijn debuut maakte in het eerste. Toch lonkte het buitenland, en na zijn middelbare school verhuisde hij naar Spanje voor een stage bij het hoogste jeugdteam van Union Deportiva Salamanca. “Dat was een fantastische ervaring. Ik speelde in División de Honor, het hoogste jeugdniveau van Spanje. We speelden tegen clubs als Atlético Madrid en Real Madrid, en ik werd zelfs verkozen tot ‘Speler van de Selectie’ op een toernooi.”
Helaas ging ook Salamanca failliet en viel zijn droom van een profcarrière in duigen. “Dat was een van de grootste dieptepunten. Ik wist dat ik technisch geen uitblinker was, maar had altijd gehoopt dat ik met inzet en discipline het profvoetbal zou halen.” Later speelde hij nog bij CF Ciudad Rodrigo, waar hij promotie naar de Tercera División vierde, maar na een zwaar seizoen met degradatie en blessureleed besloot hij terug te keren naar Nederland — en stopte hij met voetballen.
Totdat hij in de sportschool oud-teamgenoot Rick van Oostende tegen het lijf liep. Rick haalde hem over om terug te keren naar Internos, dat inmiddels de overstap had gemaakt naar het zaterdagvoetbal. “Het begon weer te kriebelen. En zo begon mijn rol in de ‘wederopstanding’ van Internos.” Met succes: de ploeg promoveerde naar de derde klasse. Toch kende Moreno ook bij zijn comeback tegenslag, zoals een zeven maanden durende liesblessure. “Het was zwaar om langs de kant te staan, zeker als het team het lastig had. Maar uiteindelijk mocht ik in de finale van de nacompetitie starten, en daarmee bijdragen aan het lijfsbehoud voelde als een kleine beloning.”
In het veld is hij een onverzettelijke rechtsback – soms ook centraal in de verdediging – en op wie hij zich spiegelt zijn spelers als Kyle Walker, João Cancelo en Mingueza. “Ik kijk vooral naar backs die, net als ik, misschien niet de meest sierlijke spelers zijn, maar wel keihard werken voor het team.”
Het huidige seizoen verloopt moeizaam. “We maken een lastig jaar door. Binnen en buiten het veld zijn er obstakels geweest: spelers die tussentijds stopten, veel blessures. En ondanks een sterke seizoensstart zijn we inmiddels afgezakt naar de laatste plaats.” Toch blijft hij strijdbaar. “We zijn hechter geworden als groep. Iedereen werkt keihard. Het verschil met plek 10 is nog maar vier punten. We blijven vechten.”
Lees verder onder foto.

De ambitie om op hoger niveau te spelen is inmiddels verdwenen. “Ik heb de laatste jaren veel gesukkeld met spierblessures, en het kost me veel energie om fit te blijven. Nu draait het voor mij om plezier maken met de jongens waarmee ik al jaren speel.”
Persoonlijk wil Moreno dit seizoen graag alsnog positief afsluiten. “Ik wil het seizoen waardig eindigen, voor mezelf en voor het team. Ik weet dat ik beter kan dan wat ik nu laat zien.” Dat hij kan spelen, dankt hij onder andere aan fysiotherapeuten Frank Ragas en Yann van de Ven, die hem wekelijks begeleiden. Tot slot is er nog één iemand aan wie hij zijn rentree te danken heeft: “Zonder Rick van Oostende was ik nooit teruggekeerd bij Internos. Hij houdt het team bij elkaar, zelfs nu hij waarschijnlijk niet meer op het veld zal staan. Hij is echt de verbindende factor binnen deze groep.”