De herfst is de tijd van het jaar waarin het voetbalseizoen echt vorm krijgt. Waar augustus nog vol zonneschijn en optimisme was, met perfect gemaaide velden en een fris begin aan de competitie, worden de dagen in oktober korter en beginnen de eerste donkere wolken zich samen te pakken — letterlijk en figuurlijk. De warmte van de zomer maakt plaats voor kilte, de wind steekt op, en de regen begint zijn werk te doen. De natuurgrasvelden, die zo prachtig groen waren in de zomer, worden modderige mijnenvelden waar voetballers met lange slidings doorheen ploegen. Wanneer een vereniging niet beschikt over kunstgras wordt elke training meer een gevecht met de elementen dan een techniekles.
Voor spelers en trainers betekent de herfst dat hun dagen een stuk minder aantrekkelijk worden. Ze vertrekken in het donker naar hun dagelijkse werkzaamheden, werken hun uren af, en keren in dezelfde duisternis terug om in de avond nog te mogen trainen. Het daglicht is verdwenen, alleen de felle lampen op het trainingsveld verlichten hun strijdlust. Het heeft iets melancholisch, bijna poëtisch: het natte (kunst)gras en regen, het geluid van voetstappen op doorweekte natte velden en de wind die door over het sportpark raast. Dit is het echte leven van de amateurvoetballer, waar romantiek en realiteit elkaar kruisen.
Maar naast de fysieke veranderingen van het seizoen, is de herfst ook een periode waarin de sfeer binnen teams kan omslaan. De eerste wedstrijden zijn gespeeld en de resultaten zijn binnen, en die vallen niet altijd mee. Waar het in de eerste weken nog ging over ‘de boel op de rit krijgen’, worden nu de eerste barstjes zichtbaar. Spelers beginnen te mopperen: sommigen vinden dat ze te weinig speeltijd krijgen, anderen hebben het idee dat de coach de verkeerde (tactische) keuzes maakt. Fricties ontstaan, op het veld én daarbuiten.
De trainer, die in augustus nog met grote beloften kwam en vertrouwen uitstraalde, ziet nu de eerste scheurtjes in zijn zorgvuldig opgezette plannen. Spelers onderling beginnen te fluisteren, de WhatsApp-groepen ontploffen na een teleurstellend resultaat, en in de kleedkamer ontstaat ongemak. Een wissel die niet goed valt, een tactische keuze die niet werkt — het zijn kleine dingen, maar in de drukkende atmosfeer van regen, wind en eventueel modder lijken ze opeens veel groter.
Het is deze periode waarin teams zich echt vormen. Niet alleen op basis van techniek en tactiek, maar ook op basis van karakter. Welke spelers zijn bereid om, ondanks het mindere weer, de verminderde speeltijd en de teleurstellende resultaten, toch hun schouders eronder te zetten? Wie trekt zijn mond open en creëert verdeeldheid? En hoe gaat de trainer om met de onvermijdelijke spanningen?
In de herfst toont voetbal zijn rauwe kant. Het is een seizoen waarin de romantiek van het spel plaatsmaakt voor de realiteit van competitie. De dagen worden korter, de velden slechter, en de eerste breuken in de teamgeest komen boven water. Maar zoals de natuur in de herfst op zijn mooist is in zijn vergankelijkheid, zo heeft ook het voetbal in deze periode zijn eigen schoonheid. De wind en de regen brengen niet alleen ongemak, maar ook een zekere glorie — voor wie bereid is te vechten, ook als de zon zich nauwelijks meer laat zien.
Freek Plaisier










