Elk seizoen brengt weer iets grappigs met zich mee: de voorbereidingen van teams uit het amateurvoetbal, en dan voornamelijk de lagere klassen. Er is iets vertederends aan het moment waarop een team na een lange zomer weer bijeenkomt op een geel en droog trapveldje. Voetbalshirts uit alle vakantieoorden bedekken net iets te opvallende buikjes, gebruinde kuiten en kleine oogjes die nog getuigen van de naweeën van een klassieke zuipvakantie. En dan is er de begeleiding: een trainer en zijn staf, die vaak iets te serieus en net iets te uitgeslapen ogen. Veel pionnen, weinig ballen. De tegenzin is vooral bij de meer ervaren spelers duidelijk merkbaar. Maar straks is er soep en brood in de kantine en wordt het nieuwe uitshirt, inloopshirt, trainingspak of de nieuwe teambadslippers gepresenteerd. Iets aandoenlijks, dat is het zeker.
Schemaatje
Sommige trainers hebben aan het einde van het vorige seizoen een schemaatje aan hun spelers meegegeven. Voor sommigen – meestal de jongere of minder trouwe spelers – heeft dat schemaatje een plekje op de koelkast gekregen, maar de meesten vinden het pas terug tijdens de voorbereidingsweek, weggestopt in hun riekende voetbaltas. Het is zo’n lijstje met loopjes, intervaltrainingen en spieroefeningen. Misschien hoor ik bij een andere generatie dan de gespierde Instagram-lijven, maar ik geloof niet dat veel voetballers ooit, écht ooit, Crunches en Cobra stretches hebben gedaan op het strand van hun vakantie-eiland. Een loopje van een paar kilometer tijdens de zomervakantie is waarschijnlijk het maximaal haalbare, en dan vooral richting de populairste kroeg op dat vakantie-eiland. Want zodra de kantine in juni sluit, stopt ook het wekelijkse ritme. Voetbal verdwijnt zo ver mogelijk naar de achtergrond. Waar we als kinderen de hele zomer door voetbalden, raken we als volwassenen nauwelijks meer een bal. Een potje Jeu de Boules op een Franse camping telt daarbij niet mee. Je teennagels krijgen de tijd om te herstellen, je voelt geen spierpijn in je liezen, en je lichaam vergeet wekenlang met welk been je het beste kan trappen. Voetbal verdwijnt volledig, op wat transfernieuws op VoetbalBrabant.nl na. En dat brengt me bij een ander vertederend aspect van de voorbereiding: de nieuwelingen.
De nieuwelingen
Elk seizoen zijn er nieuwelingen. En laten we eerlijk zijn, elk jaar valt die groep weer tegen. Van tevoren wordt er geheimzinnig gedaan over het voetbalverleden van de nieuwste aanwinst, bijvoorbeeld dat hij ooit bij een tweedeklasser in Duckstad speelde. Centrale middenvelder, fantastisch spelinzicht. Maar dan, op de eerste dag van de voorbereiding, komt die nieuwe speler aangesloft. Eerste indruk: stevige bovenbenen. Dat kan van alles betekenen. Eerste sprintjes: niet de snelste. Eerste balcontacten: onwennig. Twee weken later: tweede elftal. Vaak blijft er weinig over van de aanwinsten. De groep is hecht en spelers zijn bang voor hun plek in het elftal. De nieuwe speler is vaak een clubhopper die hoopt ooit ergens een basisplek te bemachtigen. Wie wel waardevol zijn? Spelers die vanwege een verhuizing zich bij het elftal voegen. Geen poespas, maar vaak met benen die voor zichzelf spreken.
De eerste dag
Op deze eerste dag van de voorbereiding wordt voetbal langzaam weer een driedaagse bezigheid per week. De badlakens verdwijnen diep in de kast. Het lichaam krijgt een flinke wake-up call met de eventuele steigerungs, boslopen, sprintjes en coopertests. Net zolang tot je weer verlangt naar die bal. Met gekneusde tenen aan het bier in de kantine, komen dan al snel weer de verhalen. Opstellingen en speelstijlen vliegen je om de oren. Je dommelt uren later in slaap en wordt wakker met lood in de benen en een bonkend hoofd. Hoewel je je tijdens de presentatie van de teambadslippers even in de profwereld waande, weet je lichaam nu dat je maar een simpele amateur bent. Een voetballiefhebber die probeert te doen wat hij ziet en denkt. Die misschien wel de topschutter van de streek kan worden, mits de trainer hem in de spits zet. Een voetballer die in de kroeg net wat soepeler combineert dan op het hobbelige hoofdveld. De eerste dag van de voorbereiding is kort dromen en snel weer met beide benen op de grond staan. Toch, het is dat moment waarop alles mogelijk lijkt. Wanneer je in je net iets te strakke Messi-shirt aan de eerste training begint, alles opnieuw overdenkt, tot je als een aangespoelde walvis naar adem hapt na weer een dodelijke sprintcombinatie. Het blijft iets magisch en heeft iets aandoenlijks. De eerste dag van de voorbereiding is de dag waarop alles anders kan zijn. Een schone lei: nieuwe trainer, nieuwe spelers, nieuwe badslippers.
Freek Plaisier