Toen SV Reeshof begin van dit jaar afscheid nam van trainer Richard de Beer kreeg de club diverse reacties van trainer, één daarvan was van Martijn van Wanrooy huidige trainer van WDS’19 (Breda). Van Wanrooy is al lange tijd woonachtig in de wijk Reeshof en het leek hem wel wat om met de fiets naar de training te kunnen. Op 23 maart van dit jaar werd bekend dat van Wanrooy komend seizoen de trainer is op sportpark Campenhoef. We zochten hem op om nader kennis te maken.
Martijn van Wanrooy is 45 jaren jong, getrouwd met Désirée en vader van Luca. Wie hem spreekt merkt gelijk dat zijn wieg niet in Brabant heeft gestaan. “Ik ben geboren en getogen in Den Haag, maar inmiddels alweer 25 jaar woonachtig in Tilburg. Ik ben vanwege een studie de rivieren overgestoken en heb eigenlijk nooit meer de behoefte gehad om terug te gaan”. Voor het bezoeken van zijn ouders maakt hij natuurlijk wel een uitzondering, vergeet dat niet te vermelden knipoogt hij. In het dagelijks leven is van Wanrooy werkzaam bij Boels als Front & Backoffice manager. “Ik heb een ondersteunende rol naar de vestigingen in de regio tussen Den Bosch en Breda”. Naast het voetbal blijft er voor van Wanrooy weinig tijd voor andere hobby’s. “Mijn zoon is keeper bij SC ’t Zand en ik vind het als vader leuk om bij mijn zoon te kijken. Zowel de keeperstraining als de wedstrijden zorgt alweer voor extra invulling van mijn vrije tijd”. Als hij dan toch een keer thuis is kijkt hij lekker een serie op Netflix . “Maar ik vind het ook heerlijk om met vrienden of gezin ergens buiten de deur een hapje te gaan eten”.
Speler en trainer
Pratend over zijn verleden als speler is van Wanrooy duidelijk. “Daar kan ik op zich kort over zijn. Ik beschikte als voetballer niet over heel veel talent. In de jeugd scoorde ik behoorlijk veel, maar dat was op een niet noemenswaardig niveau”. Toen hij in Tilburg kwam wonen heeft hij nog wel een handjevol wedstrijden gespeeld in het tweede van TSV LONGA. “Maar verder ligt mijn focus vanaf mijn 18e al op het training geven”.
Er zijn twee mensen die van Wanrooy in zijn beginjaren op het pad van trainer hebben geholpen. “Marten Glotzbach (man van Sarina Wiegman) en John Kila bij Quick in Den Haag. Bij Marten Glotzbach heb ik stage gelopen en John Kila heeft me eigenlijk in laten zien dat leeftijd niet uitmaakt en heeft me de eerste stappen in het trainersvak laten zien”. Voor Kila heeft hij ook nog een periode wedstrijden geanalyseerd toen deze werkzaam was voor Turkiyemspor.
“Ik heb op mijn 18e mijn eerste trainersdiploma behaald, de TCIII cursus. Een jaar later ben ik als assistent-trainer/analist aan de slag gegaan bij de toenmalig eersteklasser Quick in Den Haag”. Op zijn 20e verhuist van Wanrooy naar Tilburg om daar 2,5 seizoen trainer geweest bij de landelijke A-jeugd van TSV LONGA. “Daarna ben ik als jeugdtrainer nog actief geweest bij VOAB, DESK en wederom TSV LONGA. Bij DESK werkte hij samen met de hoofdtrainer die hem qua visie het meeste bij is gebleven is Kees van Loon in zijn periode als jeugdtrainer bij DESK. “Ik weet nog een thuiswedstrijd tegen Dongen waarbij Dongen een verdediger inwisselde voor een extra aanvaller. En waar veel trainers er voor kiezen om zelf verdedigender te gaan spelen, haalde ook Kees een verdediger eraf en gooide er een spits bij. Dus zelf ook 1 op 1 gaan spelen en vol op de aanval. Dat is me eigenlijk altijd wel bij gebleven”. Op 28-jarige leeftijd werd ik als hoofdtrainer aangesteld bij Were Di. Hier heb ik ook mijn vrouw leren kennen”. In die periode heeft van Wanrooy ook het volgende diploma TCII behaald. Na Were Di volgde zijn eerste periode van 4 jaar bij WDS’19 in Breda waar hij zoals hij zelf zegt echt superjaren heeft beleefd op zowel sportief als menselijk vlak. “Periodetitels en twee keer promotie, en verschrikkelijk veel leuke en lieve mensen leren kennen”. Bij het zoeken naar een absoluut hoogtepunt komt uiteindelijk met een wedstrijd uit mei 2015. “ Dat is dan de wedstrijd Boeimeer – WDS’19. Een echte wijkderby die ook echt ergens om ging. Boeimeer had minimaal 1 punt nodig voor het behalen van nacompetitie en wij moesten winnen om Boeimeer hiervoor uit te schakelen. Op een ander veld werd tegelijktijdig Barca – Advendo gespeeld en bij een overwinning van ons was ook Barca uitgeschakeld voor nacompetitie. Met de rust stonden we met 1-0 achter en halverwege de tweede helft scoorden wij de gelijkmaker. In de blessuretijd volgde de 1-2 waardoor zowel Boeimeer als Barca uitgeschakeld waren en wij het toetje van de nacompetitie mochten gaan spelen. Het mooiste was dat we daarna via een tweeluik tegen TVC ook nog eens promoveerden naar de derde klasse. Op YouTube staat nog steeds een samenvatting van deze wedstrijd die ik nog weleens terugkijk”. Na zijn tijd in Breda waren volgde eerst Audacia (3 jaar) en daarna de dames van ’t Zand (1 jaar). Hierna was er weer de lokroep vanaf het oude nest van WDS’19 voor wederom een periode van 4 jaar. “Na de zomer mag ik aan de slag gaan bij SV Reeshof, iets waar ik enorm naar uitkijk. Inmiddels al aardig wat mensen bij SV Reeshof gesproken en het voelt echt als een warm bad daar”.
Vervolgens komen we op de faciliteiten die bij Reeshof en het trainen/spelen op kunstgras. Is er een voorkeur bij van Wanrooy voor één van beiden? “Mag ik hier voor beiden kiezen? Het is namelijk helemaal afhankelijk van het type (kunst) grasveld waar je op moet spelen”. Van Wanrooy is daarmee het laatste jaar wel verwend met een fantastisch nieuw kunstgrasveld met kurk bij WDS’19. “Het is wat hoger gras waardoor het een stuk echter is dan die bekende hockeyvelden die er bij sommige clubs ook ligt”.K Kijkend naar grasvelden is het ook helemaal afhankelijk van hoe de staat van het veld is, het onderhoud laat bij veel gemeenten wel te wensen over. “We hebben dit jaar bij Molenschot gespeeld en die hadden toen ook echt een heel fijn veld. Maar we zijn ook weleens bij VCW en Right ‘Oh geweest en dat is nou niet echt heel prettig. Pas geleden bij RCD leek het wel beton met een graslaagje er op”. In die gevallen kiest van Wanrooy wel voor het kunstgrasveld zoals bij WDS’19. “In de basis ben ik wel voorstander van echt gras, mits goed onderhouden. Het grootste voordeel van kunstgras is dat je (bijna) altijd kunt trainen en wedstrijden kunt spelen”.
Een wedstrijddag begint voor van Wanrooy vaak met Goedemorgen Eredivisie voordat hij naar de club gaat. “Bij thuiswedstrijden kijk ik altijd even bij het tweede en in de rust zet ik alles klaar voor de bespreking. Vanaf dat moment ben ik alleen maar bezig met de wedstrijd die we moeten gaan spelen”. Soms praat hij individueel nog wat met spelers voordat de warming-up begint. Daarna de warming-up die hij samen met collega trainer Gino Mac Nack heeft uitgezet en de wedstrijd. “Na afloop altijd nog wel even met mijn collega trainer Gino Mac Nack door bespreken wat we goed hebben gedaan en wat we anders hadden kunnen doen. De nabespreking met de spelers doen we altijd op dinsdag”.
Bijzondere spelers en toekomst
Na een periode van 17 jaar hoofdtrainer heeft van Wanrooy natuurlijk een hoop bijzondere en goede spelers zien komen en gaan. Wat is dan je beste of meest bijzondere speler, iets wat de trainer lastig vindt. “Het zijn vaak appels met peren vergelijken en heel moeilijk om hierin een goede keuze te maken. Bij WDS heb ik natuurlijk de Avci’s (Bayram en Abdul) gehad die ongelooflijk veel gescoord hebben en veel betekend hebben voor de club”. Maar als geen ander weet ook van Wanrooy dat geen individu kan presteren zonder een team om zich heen. “Mijn huidige aanvoerder Jisk Flikweert is ook echt een geweldenaar. Die kan echt eigenlijk een paar niveaus hoger”. Ook op het gebied van keepers had hij In de loop der jaren niet te klagen. En ieder was op zijn manier dan weer beslissend. Zoals Jordy Brugel bij WDS maar ook Harrie Verwimp bij Were Di. “Als er dan één speler gekozen moet worden die het meest compleet was als teamspeler, voetbaltechnisch en tactisch dan is dat Martijn Vermolen bij WDS. Een middenvelder die echt altijd in teamverband speelde, beslissend kon zijn met assists en doelpunten, maar ook een heel fijn persoon. Maar stel deze vraag over een jaar nog eens en dan kan ik vast en zeker ook een paar spelers van SV Reeshof gaan benoemen”. De brede lach verraad al dat hij weet dat er ook daar weer een aantal ‘bijzondere’ spelers rondlopen.
Op mijn vraag of er nog een club is waar hij graag zou willen werken komt diezelfde lach tevoorschijn. “Meest veilige keuze? SV Reeshof natuurlijk. Lekker dichtbij, een warm gevoel bij de clubmensen die er rondlopen, een hele toffe voorzitter (Alex vd Berg) en een spelersgroep die grotendeels bestaat uit vrienden”. De gesprekken die hij daar voerde zijn hem enorm goed bevallen. Van de technische man (Ton Schoenmaker) tot de kantinedames kreeg hij nu al een enorm gevoel van waardering. “Dit jaar was niet de eerste keer dat ik mijn interesse kenbaar maakte, dus je kunt wel zeggen dat SV Reeshof al een tijdje op mijn lijstje stond”.
Tot slot wil de toegankelijke trainer nog wat kwijt. “Vergeet niet waarom je ooit aan het spelletje voetbal begonnen bent! Plezier moet altijd voorop blijven staan. Dat geldt voor spelers, stafleden, bestuursleden, maar zeker ook voor alle mensen die de moeite nemen om te komen kijken. Soms verliezen we dat nog weleens uit het oog door de waan van dat moment”. Mooie woorden, woorden die passen bij de persoon die van Wanrooy is.